De standenmaatschappij.
De samenleving in de middeleeuwen was er eigenlijk een met grote ongelijkheid. We noemen het een standenmaatschappij. Er waren drie belangrijke standen of groepen : de geestelijken (priester, monnik,...), de adel (hertog, koning,..) en de boeren of stedelingen (de gewone burgers, boeren, smid,...). Eigenlijk bestond er nog een andere stand, namelijk de horigen en lijfeigenen. Die hadden letterlijk enkel hun eigen lijf in bezit. Zij hadden niets te zeggen en hoorden gewoonweg bij een stuk land. Ze konden ook weggegeven of verkocht worden. |
OPDRACHT
Neem je werkkatern p. 8 en maak opdracht 4 en 5.